Aan: het weekblad de Groene
Van: Rik Min
INGEZONDEN
Betreft: De stelling van McCloskey: Waarom zijn wij zo
rijk?
Geachte redactie
Het vraagstelling in het artikel in uw blad van de hand van Deirdre
McCloskey 'Waarom zijn wij zo rijk?', is de juiste vraag op de
juiste plek op het juiste moment [De Groene, 24.9.2015, p. 32-37].
Zeker na het boek van Piketty die de stelling van Marx bewees dat
dat ook zo is. Niemand kan ontkennen dat de kapitaalbezitters, door
McCloskey 'de bourgeoisie' genoemd, hun kapitaal hebben weten te
vermeerderen. Maar komt het door de kapitaalbezitters, 'de
bourgeoisie', of komt het door de ondernemers die het kapitaal van
de kapitaalbezitters, 'de bourgeoisie', hebben weten te
vermeerderen? Dat is een veel belangrijkere vraag. De daar weer
onderliggende vraag, wie de arbeid heeft verricht, zullen we maar
even niet stellen. Ook niet de vraag of wij jaloers zijn op mensen
met veel geld, grond, fabrieken of stenen? De kwestie is waarom er -
na 400 jaar kapitalisme - maar 20 landen in de wereld 'rijk' zijn en
er maar 20% van de mensen, een brede bovenklasse, in die landen
'rijk' zijn, c.q. substantiële bezittingen hebben? Niet de rijkdom
is een probleem. De ophoping van rijkdom is het probleem. Dat er met
die gigantische hoeveelheid kapitaal niks wordt gedaan is het
probleem. Dat de machine om geld te verdienen stokt, dat is het
probleem. Daar wil de werkende klasse, en n.m. de loonafhankelijke
klasse van af. Men wil gelijke kansen. Men wil ook 'rijk' kunnen
worden. Men kan op deze manier - met arbeid - niet rijk worden.
Kortom: omdat alle kapitaal wordt toegeëigend door de
kapitaal-bezitters en zich ergens ophoopt. Alleen socialisme kan de
bezittende klasse dwingen 'zijn' (?) kapitaal te investeren opdat
anderen ook 'rijk' kunnen worden.
Rik Min
Schopmanlanden 22
7542 CN Enschede
https://home.kpn.nl/r.min.001/Econ/index.html
(eBook 'Politieke economie'; een analyse van het kapitalisme)